De kracht van bemiddeling in de keten

EFMI Academic Food Update, Foodmagazine, december 2016

Onderzoekers van EFMI Business School houden structureel wetenschappelijke publicaties bij voor Foodmagazine. In deze editie van de EFMI Academic Food Update kijkt Melanie Murk-Severein naar de rol van bemiddelaars binnen de keten, en de vraag of dit kansen oplevert voor meer samenwerking tussen retailers.

Wat is er onderzocht?

Een ‘korte keten’, een keten die zo min mogelijk schakels bevat, wordt steeds vaker gepropageerd als de beste optie. Het lijkt daarom verleidelijk om de keten rücksichtslos te ontdoen van spelers die geen producent of retailer zijn. Maar wanneer is een schakel overbodig en wanneer voegt die wél waarde toe? In dit onderzoek bestudeert men nadrukkelijk de rol van ‘intermediairs’ in een supply chain. Een voorbeeld van een dergelijke intermediair is een logistics service provider (LSP). Welke rol kan een intermediair aannemen en wat is de mogelijke invloed op de keten? En biedt de inzet van een intermediair een unieke kans voor horizontale samenwerking (tussen retailers)?

Wie heeft het onderzocht?

Martin Hingley (University of Lincoln), Adam Lindgreen (Cardif University) en David B. Grant (University of Hull).

Hoe zit het onderzoek in elkaar?

De onderzoekers bouwen een theoretisch kader over samenwerking in foodretail in het Verenigd Koninkrijk. Zij constateren dat intensieve samenwerking dikwijls direct plaatsvindt tussen een retailer en een ‘toegewijde’ producent. Die laatste is dan vaak wel onevenredig afhankelijk van de retailer. Het onderzoek gaat vervolgens gaat in op de diverse soorten intermediairs en de rol die zij kunnen vervullen in ketensamenwerking. In het bijzonder besteden de onderzoekers aandacht aan de rol van ‘fourth-party logistics service providers’ (4PLs). Een 4PL is dikwijls een aparte entiteit, opgericht als joint venture of met lange-termijncontracten tussen een afnemer (retailer) en één of meerdere partners. Daarnaast vervult de 4PL een spilfunctie tussen de afnemer en diverse dienstverleners en leveranciers. Ook levert de 4PL eerder een totale supply-chainoplossing in plaats van alleen een verbetering in het logistieke proces. Dit wordt geïllustreerd aan de hand van een voorbeeld uit het Verenigd Koninkrijk (Clipper Logistics).

Wat zijn de resultaten van het onderzoek?

Alle partijen in een 4PL-constructie dragen bij aan eigen vermogen, middelen en systemen. Strategieontwikkeling en procesoptimalisatie zijn prominent aanwezig. Doorgaans neemt een deel van het management van de afnemer zitting bij de 4PL. Het wordt een echte strategische partner. Deze constructie zorgt ervoor dat een eventuele disbalans van macht de voordelen van samenwerking in de weg staat. Omdat diverse partijen een aandeel hebben in een 4PL, is er ook meer commitment en is de kans van opportunistisch gedrag al een stuk kleiner. Dat wordt gestaafd door een voorbeeld uit de automobielindustrie, waar is gebleken dat de transactiekosten dalen als partners fors investeren in een gedeeld project. De onderzoekers zien een 4PL als de uitgelezen mogelijkheid voor (horizontale) samenwerking tussen meerdere retailers. Dit model kan mogelijk de weerstand breken die retailers hebben als het gaat om onderlinge samenwerking.

Welke aanbevelingen voor directies van supermarkten en/of fabrikanten vloeien voort uit het onderzoek?
Allereerst is het natuurlijk belangrijk om te bepalen of een 4PL noodzakelijk is voor één of meerdere retailers. Daarvoor introduceren de onderzoekers een model met twee assen en vier kwadranten. De assen zijn enerzijds de complexiteit van de gezamenlijke distributie (collaborative distribution) en anderzijds de intensiteit van de samenwerking. Slechts in twee van de vier gevallen is een 4PL-speler wenselijk. Als het gaat om horizontale samenwerking tussen retailers, gaat de gedachte in Nederland al snel uit naar leden van Superunie. De vraag die rijst na het lezen van dit artikel, is in hoeverre een 4PL de Superunieleden in staat kan stellen om meer gezamenlijk op te trekken om bijvoorbeeld het online vraagstuk in te vullen.

Waar is het onderzoek terug te lezen?

M. Hingley, A. Lindgree & D.B. Grant (2015), Intermediaries in power-laden retail supply chains: An opportunity to improve buyer-supplier relationships and collaboration, Industrial Marketing Management 50 (2015), p. 78-84.

Meer EFMI Academic Food Updates

 

EFMI Business School is in 1997 opgericht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Geleidelijk is het EFMI uitgegroeid tot toonaangevend academisch kennisinstituut in de Nederlandse levensmiddelensector. Het EFMI biedt diverse opleidingen aan voor senior managers uit de food sector, waaronder de Executive MBA die in samenwerking met de Business School van de Rijksuniversiteit Groningen wordt aangeboden. EFMI Business School houdt kantoor in de Oranjerie van Kasteel Groeneveld te Baarn. Ook de EFMI-opleidingen vinden plaats op deze mooie, centraal gelegen locatie met een rijke historie.